Als u verwacht dat u inkomsten- of vennootschapsbelasting moet bijbetalen over het belastingjaar 2021, is het verstandig om een voorlopige aanslag aan te vragen vóór 1 mei a.s. ter voorkoming van belastingrente. De belastingrente komt bovenop het bedrag wat u moet bijbetalen aan inkomsten- of vennootschapsbelasting.
De belastingrente voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting wordt gerekend over de periode 1 juli 2022 tot en met:
- 6 weken na de datum van de aanslag of
- 19 weken nadat de aangifte is ingediend (wanneer de aanslag niet binnen 3 maanden nadat de aangifte is ingediend wordt opgelegd)
GEEN BELASTINGRENTE
Er wordt geen belastingrente in rekening gebracht als de aangifte voor de inkomstenbelasting wordt ingediend vóór 1 mei en de aangifte voor de vennootschapsbelasting vóór 1 juni. Ook wordt er geen belastingrente in rekening gebracht voor beide wanneer er een voorlopige aanslag wordt aangevraagd vóór 1 mei. Er is dan wel belastingrente verschuldigd over het eventueel resterende bedrag dat naar aanleiding van de definitieve aanslag nog moet worden betaald.
GEBROKEN BOEKJAAR
Wanneer er sprake is van een gebroken boekjaar voor de vennootschapsbelasting, dan wordt er belastingrente in rekening gebracht vanaf de eerste dag van de zevende maand die volgt op de afloop van het boekjaar. Als een aanslag binnen zes maanden na afloop van het boekjaar wordt opgelegd, bent u geen belastingrente verschuldigd.
WIJ HELPEN U GRAAG
Als wij voor u een voorlopige aanslag voor de inkomsten- of vennootschapsbelasting kunnen aanvragen, horen wij het graag. Neem contact op met uw relatiebeheerder of belastingadviseur.